NB24

NB24

vrijdag 25 september 2020

Grootzeil 1




Tijd voor een nieuw feuilleton.



Het huidige grootzeil is zo oud als de boot. Er zit geen coating meer op. De bolling is te diep en zit bovendien te veel naar voren. Tijd voor een nieuw winterprojekt. 

Het nieuwe grootzeil wordt weer dacron, maar van een degelijke kwaliteit. Het wordt een tridradiaal ontwerp, net als de fok. De bovenste zeillat wordt verjongd en doorgelat, misschien de op een na bovenste ook, dat wordt een overlegpuntje met de zeilmaker. Ik vind de vorm van het zeil niet mooi bij het einde van die zeillat. Alsof er een punt in het zeil zit. 

Er komen 2 reven in, een losse broek. Ik probeer het achterlijk iets uit te bouwen.



Opmeten: Hoe kies je de stand van de giek. Hangt de giek te laag dan komt ie tegen de buiskap aan.  Te hoog dan wordt het zeil te klein. Ik kies voor 10 cm boven de buiskap.                                                                                                                                                

Lastig bij het opmeten vind ik de stand van de mast. Die staat iets achterover (rake). Maar hoeveel? Ik probeer dat te meten door een zwaar gewicht aan de grootzeilval te hangen zodat het loodrecht naar beneden hangt. En dan de afstand tot de mast meten. Maar dan moet het wel windstil zijn en dat is het nooit. Tenminste niet als ik op de Titaantje ben. Een waterpas tegen de mast houden werkt niet. Een foto maken van de mast met huizen op de kade op de achtergrond. De kozijnen en balkons lopen horizontaal, hoop ik. Met een lineaal kan ik dan op de foto een loodrechte lijn trekken en dan meten hoeveel afwijking de mast heeft. 

Mast prebend: de rode blak staat parallel
aan de onderkant van de mast



Mast rake+prebend: de rode balk
staat haaks op de horizontaal


De prebend (kromming) van de mast is ook lastig, maar toch wel iets beter te schatten.



















Het is een wat gekunstelde manier van berekenen, maar ik kom uit op rake + prebend van 18 cm en prebend van 12,5 cm. Dus de rake (achteroverhellen) is dan 5,5 cm. 
  1. P dimensie: 7.90 meter. Gemeten van bovenkant giek tot aan de karabijnhaak van de grootzeilval (maximaal doorgezet dus boven in de mast). Als je 10 cm speling wil om het voorlijk goed te kunnen spannen en verder rekening houdend met enige rek van het voorlijk is het hooguit 7.80 meter.
  2. Max leech: 8.39 meter.
  3. Mast - achterstag langs de giek: 3.69 m.
  4. E dimensie: achterkant mast - uiteinde giek, tot waar de schoothoek als uiterste kan komen: 3.31 m.
  5. mast crane: ongeveer 0.10 m
  6. mast rake: 5.5 cm
  7. mast prebend: 12.5 cm
Op basis van deze maten ga ik het nieuwe grootzeil ontwerpen. 
Dan moeten er keuzes gemaakt worden. Hoe wil ik de bolling en waar?
Daarbij is het uitgangspunt dat het nu eenmaal niet een lichte raceboot betreft die gauw op snelheid is, waar je voor een vlak zeil zou kiezen, waarmee je hoog aan de wind kan varen. 
Een NB24 is een zware toerboot, een langkieler bovendien. Daar kan je per definitie niet mee hoog aan de wind varen. Het zeil zal dus meer power moeten leveren en derhalve zal het wat boller moeten zijn. 

Dit is een beginpunt:





                



Het zijn wel erg veel panelen, maar we hebben nog een hele winter voor ons:


Vragen om met de zeilmaker te overleggen:
  • Is 10 cm van de P dimensie aftrekken voldoende?
  • de koorde (plaats en diepte) op de 3 niveaus, de angle of attack
  • de zin van een 2e doorgelatte zeillat, of een 2e lange en verjongde zeillat 
  • versterking ter plaatse van de reven: bij een triradiaalzeil lopen de naden in het onderste deel van het zeil nagenoeg verticaal. Bij een rif wordt bij het spannen van het onderlijk veel kracht uitgeoefend dwars op die naden. Je trekt de naden als het ware uit elkaar. Daar zal een versterking uitkomst moeten bieden in de zin van een horizontaal verlopende tape.
  • telltales achterlijk
  • cunningham zinvol?
  • doek: Contender’s Fibercon® Pro Warp Tech 6.88


Geen opmerkingen:

Een reactie posten